In zijn agenda stond een tijdrit van Bordeaux naar Pauillac, maar hij reed gewoon mee in een koers op Sloten. Niki Terpstra verscheen als Nederlands kampioen in een prachtige rood-wit-blauwe trui aan de start. Ik wist op wie ik moest letten.
Samen met Maxime vertrok in al in de tweede ronde voor een aanval. Een kilometer of vijf reden we vooruit, voor een aantal renners aansloten. Nog een paar kilometer verder, wist ook het peloton aansluiting te vinden. De koers was verder saai, maar er werd wel redelijk doorgereden. Het was vooral kilometers slijten en opletten tot Niki Terpstra gas ging geven.
Dat was na 20 ronden het geval. Ook Van Vliet-renner Bart van Haaren zat voorin en trok vooraan mee. Ik zat bij de twee profs in het wiel en deed als derde een aflossing met zo'n 50 km/u. Het kostte me veel kracht, maar ik sloot in zesde wiel weer aan. We waren los van het peloton en gingen vlot richting de eerder ontstane kopgroep van acht man.
Na een paar kilometer zat ik nog steeds in zesde wiel en liet ik een klein gaatje om Van Haaren er tussen te laten. Ik had zelf niet de macht om mee te draaien en wilde even op adem komen. Van Haaren wilde niet inhaken en het gaatje tussen ons en de renners voor ons groeide. Terpstra reed vollebak door op kop en maakte het gat steeds groter. Van Haaren kon ook niet meer en samen gingen we eraf. We gingen niet meedoen om de zege.
Ik viel terug in het peloton en reed de wedstrijd rustig uit. Met een gemiddelde van 44 km/u was de snelheid nog behoorlijk hoog. De trainingskilomerers zitten weer in de benen en ik voel mezelf ook sterker worden.