Veertien dagen geleden zette ik een punt achter het seizoen en dat is fysiek duidelijk merkbaar. De benen voelen af en toe onrustig en willen het liefst een paar uur 'los gelaten' worden. Daarnaast eet ik aanzienlijk meer dan tijdens het seizoen en dus zitten er al snel twee kilo's meer aan.
Heb ik dan helemaal niets gedaan? Jawel, dat wel. Twee weken zonder fietsen had te veel van het goede geweest en daarom ben ik 2 keer in de week een paar rondjes gaan maken op de wielerbaan in Amsterdam. Gisteren haalde ik mijn wegfiets nog maar eens van stal voor een twee uur durende plezierrit.
Het moet een van de laatste keren geweest zijn dat de BMC de schuur nog is uitgekomen. Vanaf komende week is het Velodrome dicht (voor de zesdaagse), waardoor ik me nog wel een paar keer buiten moet vermaken. Het liefst had ik vanaf 1 oktober het fietspad ingeruild voor de wielerbaan, maar helaas, dat is geen optie.
Hoe gek het ook klinkt, over zeven dagen begin ik al aan het nieuwe seizoen. De profs rijden dan nog Lombardije en eindigen dan 2010. Van de profs trek ik me niets aan, ik start met de voorbereiding op het NK baan amateurs, misschien het NK baan voor eliterenners én het wegseizoen 2011. Eliterenner wil ik zijn, dus er moet hard getraind worden.
Over seizoen 2010 kan ik eigenlijk alleen maar tevreden zijn. Ik startte een jaar geleden mijn missie met als doel binnen drie jaar elite renner te zijn. Als een amateur b kwam ik 2010 binnen. Ik reed er een aantal wedstrijden mee en stapte toen over naar de amateurs a. Ook daar ging het voorspoedig en op mijn specialisme pakte ik zelfs een amateur a-zege, het DK tijdrijden.
Tijdens klassiekers liet ik me steeds vaker van voren zien en in een aantal wedstrijden had ik zelfs de waan dat ik kon winnen. Ik ben geen sprinter, maar probeer in de slotfase altijd weg te komen. Ik reed vooruit in de slotfase, maar werd telkens weer teruggegrepen. In Frankrijk werd ik pas op 50 meter voor de streep geklopt.
Op het NK amateurs reed ik prima mee, ik deed nooit echt mee voor de zege, maar liet zien dat ik het niveau prima aan kan. Daarna volgde een periode van rust en een weekje klimmen in Zwitserland. In het alpenland kwam ik voor het eerst in aanraking met de elite. Vijftig kilometers reed ik mee, alvorens we gingen klimmen. Ik als bergidioot loste snel en was snel klaar.
In België een paar weken later had ik mijn tweede ervaring met de elite. Ik heb de volle 100 kilometers aangehaakt en reed een mooie koers uit, terwijl de helft van het peloton er de brui aan gaf. Een week later reed ik zelfs mee bij de beste twintig. In Nederland zou het voldoende zijn voor een mooie premie, in België reden alleen de eerste vijftien prijs.
Mijn doel was een NK-WK-NK drieluik, te beginnen met het NK tijdrijden. In de stromende regen werd ik vijftiende in Groningen. Stiekem hoopte ik op een top tien plek, maar dat zat er gewoonweg niet in.
Het WK journalisten was toch wel het echte speerpunt. In Kranj was ik tweede en dus wilde ik beter doen. Ik eindigde als zevende op de tijdrit en als 24e in de wegrace. Ik was beter dan ooit en heb nergens iets laten liggen. Jammer genoeg waren de andere deelnemers ook van hoge klasse, waardoor de gehele top zeven binnen de 30 seconden bleef.
Als afsluiter reed ik het NSK wielrennen in Enschede. Ondanks verwoedde pogingen, mislukte mijn opzet een massasprint te ontlopen. Ik finishte bij de eerste dertig en sloot mijn seizoen af. Het was mooi geweest. Met meer dan veertig koersdagen heb ik een volwaardig seizoen gereden en hoop ik klaar te zijn voor de volgende stap. Als ik in december genoeg perspectief zie, vraag ik hem een jaar eerder dan gepland aan; de elitelicentie.